HISTOKART REGLEMENT per maart 2018
Histokarters beleven plezier aan het in ere houden van historische karts en skelters, zoveel mogelijk in oorspronkelijke staat. We rijden, sleutelen, verzamelen documentatie, restaureren karts en bijbehorende motoren en helpen elkaar om samen de historie van de kartsport in Nederland levend te houden. Het rijden doen we op kartcircuits en blijft beperkt tot het geven van demonstraties. De Histokarter en de Histokarts dienen tenminste te voldoen aan de eisen zoals beschreven in dit reglement.
Elke vorm van mechanische sport brengt risico met zich mee, dus ook karting. Om het risico zo veel mogelijk te beperken wordt van iedere Histokarter verlangd dat hij of zij zich houdt aan dit reglement. Daarnaast dient iedere Histokarter zich te realiseren dat hij of zij tijdens onze evenementen de veiligheid van de andere deelnemers, helpers en publiek niet in gevaar mag brengen. Beheersing tijdens het karten is daarbij vereist. Het naleven van dit reglement en het kunnen opbrengen van de nodige zelfbeheersing tijdens het rijden is een zaak van iedere Histokarter.
Van de Histokarters onderling wordt verwacht dat men elkaar aanspreekt op naleving van het reglement. Het uitgangspunt hierbij is: we helpen elkaar waar dat nodig en mogelijk is. Het succes van Histokart en het plezier dat de leden beleven aan de georganiseerde evenementen wordt vooral bepaald door de manier waarop we met elkaar omgaan en de energie die we samen in onze vereniging steken.
Veel plezier en tot op het volgende Histokart evenement!
Bestuur vereniging Histokart
1 ALGEMENE REGELS
1.1 Toepasselijkheid: Dit reglement is van toepassing op een ieder die lid is van Histokart, derhalve wordt de inhoud van dit reglement geacht bij alle geregistreerde leden bekend te zijn. Het reglement is te verkrijgen bij het bestuur van Histokart. Het reglement is ook in te zien op de website van Histokart en van die website te downloaden.
1.2 Regelgeving: Bij deelname aan een Histokart evenement, dient de rijder en eventuele begeleiders op te hoogte te zijn van alle op dat moment geldende regels van de betreffende club, baan of organisatie waar men te gast is en is men verplicht zich te houden aan de aanwijzingen van de evenementleiding en of organisatie.
1.3 Technische staat: Iedere deelnemende rijder is te allen tijde verantwoordelijk voor de technische staat van zijn of haar kart(s) en uitrusting. Elke kart dient zo origineel mogelijk te zijn voor de periode van productie; dit geldt voor zowel frame, motor, carburateur, remdelen, velgen, banden, stoel, brandstof tank, etc.. Indien originele onderdelen niet meer verkrijgbaar zijn dienen de vervangende onderdelen zoveel mogelijk op het origineel te lijken. Gekleurde geanodiseerde lichtmetalen onderdelen zijn niet toegestaan met uitzondering van het achter tandwiel. Als de originele remcilinder en of remklauw niet meer in een veilige staat te herstellen zijn mogen zij worden vervangen door exemplaren van een recentere datum, mits niet geanodiseerd en met maximaal twee zuigers per remklauw (dus twee zuigers in totaal). Aanpassingen aan het frame en het maken van replica frames zijn niet toegestaan.
1.4 Controle uitrusting: Iedere deelnemende rijder is verplicht zich te onderwerpen aan een inspectie betreffende zijn of haar kart(s) en uitrusting. Een inspectie kan worden uitgevoerd door een lid van het Bestuur van Histokart, de Technische Commissie, of iemand die daartoe door het Bestuur is aangewezen. Het niet opvolgen van eventuele aanwijzingen kan een uitsluiting van deelname tot gevolg hebben.
1.5 Verantwoordelijkheid: Deelname aan een evenement is geheel voor eigen rekening en risico. Het Bestuur van Histokart en of andere deelnemers, organisatoren en medewerkers zijn op geen enkele wijze aansprakelijk voor welke schade dan ook die door deelname aan een Histokart evenement is ontstaan.
1.6 Leeftijd(en) deelnemers: Iedereen is welkom om lid te worden van Histokart en derhalve deel te nemen aan evenementen. Voorwaarde is echter dat de deelnemer de minimale leeftijd heeft van 14 jaar voor 100 cc karts en 16 jaar voor 125 cc karts met versnellingen.
2 DE UITRUSTING: Helm en kleding dienen de rijder deugdelijk te beschermen. Met betrekking tot de helm en race-overall gelden met ingang van maart 2018 de volgende regels.
2.1 De helm: De helm dient onbeschadigd te zijn; de helm dient goed te passen; de helm dient te zijn voorzien van een onbreekbaar vizier, dan wel race-bril, om de ogen te beschermen tegen rondvliegende objecten. Voor statische tentoonstelling en historische demo-runs met een of enkele karts in de baan zijn er geen verdere eisen aan de helm, behalve dat deze zo authentiek mogelijk moet zijn voor de betreffende periode.
Voor alle andere Histokart evenementen dient de helm voorzien te zijn van een ECE 22.05 keurmerk of van een van de onderstaande keurmerken. Voor rijders onder 15 jaar: – Snell-FIA CMH (Snell-FIA CMS2007 en Snell-FIA CMR2007) Voor rijders boven 15 jaar: – Snell Foundation K98, SA2000, K2005, SA2005, K2010, SA2010 – – Snell-FIA CMH (Snell-FIA CMS2007 en Snell-FIA CMR2007)
2.2 De kleding: De kleding dient het lichaam volledig te bedekken tegen schaafwonden. De kleding mag geen loszittende delen bevatten die tijdens het rijden tussen de bewegende delen van de kart kunnen komen; Voor statische tentoonstelling en historische demo-runs met een of enkele karts in de baan zijn er geen verdere eisen aan de kleding behalve dat deze zo authentiek mogelijk moet zijn voor de betreffende periode. Voor alle andere Histokart evenementen een goed passende race-overall die voorzien is van een CIK/FIA keurmerk. Het keurmerk moet duidelijk zichtbaar zijn op de buitenzijde achterop de halskraag. Het keurmerk mag verjaard zijn mits de overall in technisch goede staat is. Een lederen overall is ook toegestaan mits deze in technisch goede staat is.
2.3 Het schoeisel: Het schoeisel dient heel en onbeschadigd te zijn, de voeten en enkels volledig te bedekken en mag geen loszittende delen hebben die tussen bewegende delen van de kart kunnen komen. Het is aan te bevelen om CIK/FIA goedgekeurde kartschoenen te gebruiken.
2.4 De handschoenen: De handschoenen dienen goed passend te zijn, de handen en polsen volledig te bedekken en bij een val voldoende bescherming te bieden.
3 DE KART Ieder onderdeel van de kart, nodig voor de aandrijving, besturing en vertraging van een kart, dient in goede staat te verkeren en goed te functioneren. De bijzondere aandachtpunten zijn de volgende:
3.1 Frame: Het frame vormt de basis van de kart en dient geen mankementen of breuken te vertonen. 3.2 Kettingbescherming: Iedere kart dient een degelijke kettingbeschermer te hebben. Deze kettingbeschermer dient vanaf het motortandwiel tot de onderzijde van de achteras te lopen. Het motortandwiel dient zodanig afgeschermd te worden dat de vingers niet tussen ketting en motortandwiel kunnen komen.
3.3 Remmen: De remmen dienen onder alle omstandigheden werkzaam te zijn op tenminste één achterwiel. Bij remmen met een mechanische werking dient de gemonteerde remkabel een minimale dikte van 1,8 mm te hebben en voorzien te zijn van deugdelijke schroefklemmen. Een 2e (nood)remkabel wordt aanbevolen.
Bij remmen met een hydraulische werking is een (nood-)remkabel verplicht, gemonteerd tussen rempedaal en remcilinder, met een minimale dikte van 1,8 mm en voorzien van deugdelijke schroefklemmen. Alleen indien de tweede remkabel om technische redenen niet mogelijk is, kan door de Technische Commissie een ontheffing worden verleend.
3.4 Banden: De meeste banden uit het verleden zijn niet meer te koop, daarom legt Histokart alleen een maximale maat vast. De maten zijn vermeld in hoofdstuk 4.4 “klasse indeling”. Banden moeten van voldoende kwaliteit zijn en geen uitdroging scheurtjes of barstjes vertonen.
3.5 Geluidsdemping: De maximale geluidsnorm is 94 Decibel (op 7 meter) en dient niet te worden overschreden. Bij twijfel over het geproduceerde geluidsniveau door een Histokart kan de evenementleiding of een lid van het Bestuur besluiten de betreffende kart van de baan te verwijderen en/of uit te sluiten van het evenement. Tijdens een Histokart evenement dienen deelnemende Histokarts te zijn voorzien van een deugdelijke inlaatdemper, CIK/FIA type. Alle 100cc karts, zowel met roterende inlaat als membraam gestuurd (bijvoorbeeld Yamaha en Amstelklasse motoren), dienen voorzien te zijn van een, goed werkende, standaard model uitlaat. 100cc karts met andere motoren als McCulloch, Stihl, JLO enz. dienen voorzien te zijn van een voor dit model passende en effectief gedempte uitlaat. Voor 125cc karts met versnellingen is een effectief gedempte aluminium nademper verplicht. Een Elto 108db demper is aan te bevelen, deze is in Nederland al op vele banen en evenementen verplicht. Daarnaast dienen ook 125 cc motoren voorzien te zijn van een inlaatdemper. Alleen indien de montage van een inlaatdemper om technische redenen niet mogelijk is, kan door de Technische Commissie een ontheffing worden verleend.
3.6 De aandrijving: De motor dient op een deugdelijke manier gemonteerd te zijn opdat losbreken van het frame wordt voorkomen.
3.7 Motorstop: Het verdient aanbeveling een schakelaar in of op te bouwen waarmee de motor kan worden gestopt. De positie van de schakelaar dient zo te zijn dat de bestuurder deze kan bedienen zonder dat hij uit zijn normale zitpositie behoeft te komen.
3.8 Onderzijde: De onderzijde van de kart dient zo vlak mogelijk te zijn, dus geen uitstekende bouten van de bodemplaat of stoelbevestiging.
4 KLASSE INDELING
4.1 Histokart kent de volgende klasse indeling: -Vintage karts: Karts waarvan het eerste model is gebouwd in de periode 1956 t/m 1963 Nummeraanduiding: Groen schild (vorm is vrij), witte cijfers -Historic karts: Karts waarvan het eerste model is gebouwd in de periode 1964 t/m 1970 Nummeraanduiding: Groen schild (vorm vrij), witte cijfers -Classic karts: Karts waarvan het eerste model is gebouwd in de periode 1971 t/m 1976 Nummeraanduiding: Geel schild (vierkant of rond), zwarte cijfers -Youngtimer karts: Karts waarvan het eerste model is gebouwd in de periode 1977 t/m 1984 Nummeraanduiding: Wit schild (vierkant), zwarte cijfers Als uitzondering op de regel geldt dat ná 1984 ook zijn toegestaan alle Landia karts en karts welke zijn gemaakt ten behoeve van de Amstelklasse.
Rijnummers volgens Histokart startnummerlijst met Histokart sticker.
4.2 Motoren: Voor de motoren geldt dat deze uit dezelfde periode dienen te stammen als de kart waarop de motor is gemonteerd.
4.3 Carburateur: -Voor Vintage karts vrij, mits origineel voor periode en type motor. -Voor Historic karts een Dellorto vlotter carburateur of Tillotson membraan carburateur (24mm). -Voor Classic karts een Tillotson membraan carburateur (24mm). -Voor Youngtimers een Tillotson membraan carburateur of een schuifcarburateur mits origineel voor periode en type motor (max. 27mm).
4.4 Banden: De (maximale) bandenmaten zijn: Voorband: Achterband: Opmerking: -Vintage: banden vrij, mits periode correct. -Historic, voor: 3.50-11.0-5, achter: 4.00-13.0-5, Slick Hard compound (bijv. CST-industrial) -Classic, voor: 3.60-10.0-5, achter: 6.00-11.0-5, Slick SL Hard compound (bijv. Maxxis HG1, Duro H, MojoD1). -Youngtimer, voor: 4.50-10.0-5, achter: 7.10-11.0-5, Slick SL Medium compound (bijv. Maxxis SLR, Duro M, Mojo D2).
4.5 Achteras: De maximale diameters van de achteras zijn: -Vintage, diameter vrij, mits periode correct. -Historic tot 25mm diameter; breedte periode correct. -Classic tot 25mm diameter; breedte periode correct. -Youngtimer 25mm diameter met uitzondering van karts die standaard voorzien waren van 28 of 30mm achteras; breedte periode correct.
Voor alle categoriën geldt dat de wielklossen geheel binnen de velgen moeten vallen.
5 GEDRAG OP EN OM DE BAAN
5.1 Gedrag: Ieder lid van Histokart dient zich tijdens een evenement te gedragen naar algemeen aanvaardbare fatsoensnormen. Bij niet aanvaardbaar gedrag is het bestuur gemachtigd passende maatregelen te treffen.
5.2 Rijrichting: Er mag alleen in de aangegeven of aangezegde rijrichting worden gereden.
5.3 Aanduwen van de kart: Het aanduwen van een kart zal in principe vanuit de pits plaatsvinden naar de meest logische kant van de baan, weg van de ‘ideale lijn’. Overige rijders houden hier rekening mee, door vaart te minderen en door op de ‘ideale lijn’ te blijven.
5.4 Stilstaan / stilvallen op de baan: Het is iedere rijder ten strengste verboden om tijdens een demo stil te staan op de baan. In geval van stilvallen door een mechanisch mankement of door andere oorzaken dient de rijder zowel de kart als zichzelf zo snel mogelijk van het asfalt te verwijderen. Zonder (onnodig) over de baan te lopen dient een veilige plaats naast de baan te worden opgezocht tot het einde van het betreffende evenementsonderdeel. Voorkom dat een karts in de uitloop zone van buitenbochten worden geparkeerd. Een defecte kart wordt uitsluitend van de plaats van stilvallen naar de pitstraat vervoerd nadat alle rijdende karts de baan hebben verlaten.
5.5 Gebaren: Tijdens het uitvallen op de baan of het binnenrijden van de pits is de betreffende rijder verplicht dit door middel van handopsteken duidelijk kenbaar te maken aan de andere rijders.
5.6 Vlaggen: Alle rijders worden geacht de internationale gebruikelijke vlaggen te kennen en de instructies gegeven door middel van vlagsignalen op te volgen.
Vlagsignalen gegeven door de wedstrijdleiding:
Nationale vlag (startvlag) – aanvang van de manche of tijdronden
Zwart wit geblokt (finishvlag) – einde van de manche
Rood (stilgehouden) – alle rijders moeten onmiddellijk stoppen met racen, langzaam naar de startlijn rijden en stoppen op elk moment dat dit wordt vereist
(Deze vlag alleen te gebruiken door de WL)
De baanposten tonen dan de gele vlag zwaaiend.
Zwart met oranje stip (met nummer) – uw kart heeft een technisch defect. U moet het evenement onmiddellijk beëindigen en zonder omwegen over de baan naar de pits rijden. Nadat het euvel is verholpen kan de wedstrijd worden hervat.
Zwart wit diagonaal (met nummer) – een officiële waarschuwing, bij herhaling volgt de zwarte vlag.
Zwart (met nummer) – u moet het evenement direct beëindigen en zonder omwegen over de baan naar de pits rijden.
Vlagsignalen gegeven door de baanposten:
Groen + gele chevrons – valse start, opnieuw formeren
Blauw (stil) – u heeft één of meer ronden achterstand. Er naderen snellere rijders die willen inhalen
Blauw (bewogen) – u heeft één of meer ronden achterstand. Snellere rijders willen u inhalen, u moet hen laten passeren
Geel (stil) – opletten! er is gevaar, inhalen verboden
Geel (bewogen) – opletten! er is ernstig gevaar, inhalen verboden, houdt u gereed om direct te stoppen
Wit – opletten, langzaam rijdend hulpvoertuig in de baan.
Wit en tevens geel – langzaam rijdend hulpvoertuig in de baan, opletten, verboden in te halen
Geel met rode strepen – gevaar! er ligt olie, water etc. op de baan
Groen – alles veilig
5.7 Uitsluiting: Het niet naleven van bovengenoemde voorschriften, alsmede gevaarlijk en onsportief rijden kan uitsluiting van het betreffende evenement tot gevolg hebben.
5.8 Gevaarlijk of onsportief gedrag: Herhaald gevaarlijk en/of onsportief gedrag zal beëindiging van het lidmaatschap van Histokart tot gevolg hebben.
6 MILIEU
6.1 Technisch mankement: Wanneer tijdens een wedstrijdonderdeel de geluidnorm door een technisch mankement wordt overschreden, is de rijder verplicht onmiddellijk op een veilige plaats naast de baan te stoppen en in de buurt vande kart te blijven tot het einde van het betreffende evenementsonderdeel.
6.2 Oude banden: Tenzij op het kartcircuit daarvoor een speciale container opgesteld staat, is elke deelnemer verplicht zijn (oude) banden mee naar huis te nemen en deze zelf af te voeren.
6.3 Reservoirs: Alle ontluchtingen van 125cc motoren en tank dienen uit te komen in één of meerdere reservoirs van minimaal 150cc.
6.4 Zeil: In de paddock en de pits is een vloeistofdicht zeil van 2 x 3m onder de kart verplicht. Het ketting smeren, tanken en sleutelen dienen ten alle tijden op dit zeil te geschieden.
6.5 Warmdraaien: Het is toegestaan om voor een evenementsonderdeel de motor(en) te proefstarten en direct daarna weer af te zetten. Het is niet toegestaan motoren warm te draaien.
6.6 Reiniging: Schoonmaken van karts en motoren moet gebeuren op daarvoor aangewezen plaatsen waarbij de aanwijzingen van officials of baaneigenaren onvoorwaardelijk moeten worden opgevolgd.